Deel 02 kruiwerk en vang

Deel 02 laat het kruiwerk en de vang.

De kap van de molen is met dakleer gedekt en heeft voor het op de wind zetten van het gevlucht een voor Nederland uniek kettingkruiwerk. Bij de bouw in 1842 werd een kettingkruiwerk aangebracht dat later werd vervangen door een staartkruiïng.

Nu is dus de oorspronkelijke toestand weer hersteld. De kap draait op een Engels kruiwerk.

Het gevlucht is 20,80 m lang en heeft een oudhollands wieksysteem.

De roewiggen zijn in de askop met bouten vastgezet in plaats van spitijzers en wiggen.

De molen heeft voor het vangen (stilzetten) een scharnierende Vlaamse vang met vier vangstukken.